GMT 0.04 AM Blackawton, Devon, Groot-Brittanië Een dag later loopt dezelfde man weer door dezelfde straat. Nog steeds heeft hij de lange grijze regenjas aan. De straat is zo mogelijk nog leger, waarschijnlijk omdat het nacht is. Door een grote bouwlamp is te zien dat de huizen al iets meer af zijn dan de dag ervoor, zij het niet dat ze nog lang niet klaar zijn. De straat is bezaaid met verfpotten, die overdag gebruikt worden om de huizen te verven. De man loopt in de richting van de bouwlamp en zet hem uit. Opeens gaat de camera aan en is hij te zien door een nachtkijker. “In dit dorp, Blackawton, wonen over een tijdje dertig mensen… waarvan twintig acteurs zijn en tien echte, gewone, normale, simpele zielen…” Hij grinnikt bij het idee. “Iedere simpele ziel krijgt een eigen schuilnaam, die geheim is voor de anderen. Hij mag deze schuilnaam nooit kenbaar maken aan andere mensen, of het nou acteurs zijn of andere leken.” De man kijkt even in het rond of er niemand loopt en loopt dichter naar de camera toe. Fluisterend vervolgt hij: “Iedere week komen er drie afleveringen, na de derde aflevering moeten alle leken een lijstje inleveren, waarop ze namen zetten van de andere simpele zielen… of in ieder geval de mensen waarvan ze denken dat ze geen acteurs zijn. Degene die de meeste acteurs op zijn lijstje heeft staan, mag naar huis, mag uit dit verschrikkelijke dorp. Zo gaan we verder tot er nog één persoon over is… Die moet antwoord geven op de vraag…”
Ineens klinkt er een verschrikkelijk lawaai, een verfblik valt om. De man doet de bouwlamp aan en ziet een verfblik rollen. Snel kijkt hij om zich heen, maar er is niemand te zien. Hij draait de bouwlamp rustig door de straat. Dan zet hij hem weer uit. “Die laatste persoon moet antwoord geven op de vraag… Nee, het is te gevaarlijk om het daar al over te hebben. Laten we het houden op een uitdaging. Alleen als de laatste simpele ziel hier in het dorp die vraag goed heeft beantwoord, krijg hij het geld. Ook gebeurt er nog wat extra’s, namelijk…” Nog een verfblik wordt omgegooid. De man schrikt zichtbaar, dit had hij niet verwacht. Hij fluistert nog: “Ik moet weg, het is hier niet pluis!” Dan rent hij snel weg, de duisternis in.