Elk jaar krijgen honderden Nederlanders een hartaanval omdat ze te vroeg stoppen met het innemen van cholesterolverlagers.
Mensen moeten dit type medicijnen vaak jaren of zelfs levenslang slikken. Maar in de praktijk stopt bijna de helft er binnen twee jaar mee, melden onderzoekers van het Utrechtse instituut voor geneesmiddelenonderzoek Pharmo vandaag in het European Heart Journal. Over een periode van 14 jaar volgden de onderzoekers 60.000 patiënten die cholesterolverlagers kregen voorgeschreven. In de groep die er voortijdig mee stopte, lag de frequentie van hartaanvallen 30 procent hoger dan bij de mensen die het recept braaf bleven volgen. Als iedereen zou doorslikken, becijferen de onderzoekers, zou dat in Nederland naar schatting 300 tot 400 ziekenhuisopnames per jaar schelen; in heel Europa 7000 tot 9000. Volgens R. Herings, directeur van het instituut, stoppen mensen vooral omdat ze geen voordeel van de medicijnen merken. De pillen behandelen slechts een risicofactor – een hoog cholesterol –, en daar voelt een patiënt niets van. Een bescheiden bijwerking kan dan al voldoende zijn om het op te geven. Verder signaleert Herings dat patiënten, om de kosten te drukken, vaak worden behandeld met goedkope, oude cholesterolverlagers, terwijl ze wellicht meer gebaat zouden zijn bij nieuwe, krachtiger middelen. Het onderzoek is gefinancierd door Nefarma, de koepel van medicijnfabrikanten.